Jongeren met mentale gezondheidsproblemen hebben baat bij lokale initiatieven zoals Netwerk Nieuw Rotterdam. De Social Sciences & Humanities raad schrijft over het belang van lokale organisaties als Netwerk Nieuw Rotterdam.
De SSH-raad vertegenwoordigt het Nederlandse domein van de sociale wetenschappen en geesteswetenschappen (SSH) en zet zich in voor het versterken van haar positie in Nederland en daarbuiten. De raad interviewde professor Developmental Neuroscience Eveline Crone en NNR-directeur Pauline Calmez.
Volgens Eveline Crone werkt het opschalen van lokale interventies als Netwerk Nieuw Rotterdam (NNR) beter dan het ontwerpen van landelijke programma’s. Omdat “daar sprake is van een zwakkere connectie met de doelgroep en de lokale hulpvraag”. Netwerk Nieuw Rotterdam is een lokale interventie – laagdrempelig, positief en activerend. De goede match tussen vraag en aanbod lijkt de effectiviteit te vergroten, staat er verder in het artikel te lezen.
Wetenschappers zijn volgens Crone te kritisch op lokale programma’s zoals Netwerk Nieuw Rotterdam, die niet generaliseerbaar zouden zijn: “…We hebben diepe mechanistische kennis nodig over wat werkt en waarom, maar ook snelle iteratieve loops die voortbouwen op maatschappelijke kennis. ” stelt zij.
Netwerk Nieuw Rotterdam directeur Pauline Calmez geeft aan graag met wetenschappers op te trekken om te achterhalen wat de organisatie effectief maakt – om die generaliseerbare kennis te ontsluiten. “Met die kennis kunnen we de druk op de jeugdzorg uiteindelijk structureel verlichten. De overheid kijkt veel naar scholen en landelijke organisaties, omdat ze dan snel veel jongeren hoopt te bereiken. Het zou effectiever zijn wanneer de overheid lokaler denkt en werkt en dat vervolgens uitbouwt. Laat ons doen wat wij goed kunnen, ” aldus Calmez.
Living lab
Professor Crone is ook wetenschappelijk ambassadeur van Netwerk Nieuw Rotterdam en is blij met deze plek voor praktijkonderzoek. Crone: “Mijn eigen lab helpt NNR om de monitoring te versterken, bijvoorbeeld door naar de effecten van een controlegroep te kijken, of door mixed methods toe te passen en kwalitatieve data te analyseren, rekening houdend met de kansen en mogelijkheden van de organisatie. Wij noemen dat een living lab aanpak: een innovatiecentrum op lokaal niveau.”
Ook hoogleraar jeugdstudies prof. dr. Finkenauer (Universiteit van Utrecht) wordt door de SHH-Raad aangehaald: “Het belangrijkste en meest robuuste inzicht uit de sociale wetenschappen is onmiskenbaar: de enorme invloed van sociale relaties op ons leven. De kwaliteit van onze relaties is van grote invloed op gezondheid, succes, levenstevredenheid en veerkracht.”
Dit inzicht sluit aan bij de werkwijze van NNR, waar jongeren zich kunnen aansluiten, erbij horen en relaties leggen wat hun mentale gezondheid ten goede komt. teeds meer jongeren maken zich zorgen over de wereld. Hun levenstevredenheid daalde van 86,2% in 2013 naar 75,8% in 2023. Tienermeiden en jonge vrouwen komen vaker op de spoedeisende hulp terecht vanwege zelfbeschadiging of een suïcidepoging; in tien jaar tijd steeg het aantal met 50%.
De professionals van NNR maken zich zorgen over het doorgeslagen individualisme in de samenleving. Calmez: “Veel jongeren gaan wel naar school, maar hebben niet het gevoel ergens bij te horen. Wanneer hun mentale gezondheid verslechtert, focussen we te veel op het individu.”
De druk op het zorgsysteem groeit, zowel in de huisartsenpraktijk als in de geestelijke gezondheidszorg. Veel jongeren met psychische klachten krijgen te laat of geen passende hulp.